Waddenzeespiegelstijging
Door: Tim van Oijen
Datum: 19 maart 2010
De afgelopen achtduizend jaar is de zeespiegel in Noordwest-Europa vijftig meter gestegen. Wetenschappers hebben de variaties in de snelheid waarmee het water in de Waddenregio steeg gereconstrueerd. Dit deden zij op basis van veen- en moerasafzettingen in de bodem en de ligging van oeroude nederzettingen.
De zeespiegel stijgt. En dat doet hij aan de Nederlandse kust al duizenden jaren onafgebroken sinds de laatste ijstijd. Klimaatverandering in deze periode -het Holoceen- en daling van het land liggen hieraan ten grondslag. Door de stijgende temperaturen zette het zeewater uit en nam het totale volume van de wereldzeeën toe. Ook smolten ijskappen op meerdere continenten en werd extra water aan het zeevolume toegevoegd. In Noordwest-Europa veerde Scandinavië op door de verminderde ijsbedekking, waarbij aangelegen gebieden juist dieper kwamen te liggen. Zo daalde het huidige waddengebied en was de stijging van het zeeniveau ten opzichte van het land nog groter.
Gelaagde veenpakketten
Onderzoekers hebben een reconstructie gemaakt van de relatieve zeespiegelstijging in de wadprovincies van Nederland en Duitsland op basis van koolstofdateringen van bodemmonsters. Als eerste bestudeerden zij veenlagen die zijn afgezet aan het einde van de laatste ijstijd. De veenvorming trad op doordat het rijzende zeewater het grondwaterpeil omhoog bracht. De aangroei van veen duurde echter niet lang omdat het zeewater het veen al snel verdronk. En dus is er in de bodem op veel plekken een geïsoleerde veenlaag te vinden die het begin van de verdrinking van het land door de sterke zeespiegelstijging na de laatste ijstijd markeert. In de zoutmoerassen, lagunes of getijdengebieden die vervolgens ontstonden, werd klei en zand afgezet. Op sommige locaties trad later nog een aantal keren veenvorming op, wat er op duidt dat toen de stijging tijdelijk stagneerde of het niveau zelfs daalde. Naast de bodemanalyses is er ook archeologisch onderzoek aan vroege nederzettingen benut. Die stonden vaak op een hoogte die bij stormen net droog bleef, en ook daar valt dus een historisch waterpeil uit af te leiden.
Vijftig meter
Uit het onderzoek bleek dat de zeespiegel over de afgelopen achtduizend jaar wel vijftig meter is gestegen. Kort na de laatste ijstijd rees het water snel, met meer dan twee meter per eeuw. Daarna ging het trager. Doordat het trager ging en er vanuit zee veel sediment aan de kust aanspoelde en er ook flinke veenvorming was, varieerde de invloed van de zee van tijd tot tijd en van plaats tot plaats. Vanuit archeologisch oogpunt zijn juist die variaties interessant. Ze bepaalden de ligging van de kustlijn en waren dus bepalend voor de geschiedenis van de bewoning van het gebied.
Bronnen
F. Bungenstock en H.J.T. Weerts (2010). The high-resolution Holocene sea-level curve for Northwest Germany: global signals, local effects or data-artefacts? Int. J. Earth Sci (Geol Rundsch), online voorpublicatie.
Vink, A., H. Steffen, L. Reinhardt en G. Kaufmann (2007). Holocene relative sea-level change, isostatic subsidence and the radial viscosity structure of the mantle of northwest Europe (Belgium, The Netherlands, Germany, southern North Sea). Quaternary Science Reviews 26, p.3249-3275.
Behre, K.-E. (2007). A new Holocene sea-level curve for the southern North Sea. Boreas 36, p.82-102.