Mag het licht uit?
Door: Romke Kats
Datum: 7 oktober 2011
De dagen worden korter en de nachten langer. 's Nachts hoor je nu vogels boven de Waddenzee roepen. Het is de vogeltrek. Donkere nachten in westerse landen zijn tegenwoordig niet zo donker meer. In toenemende mate worden mensen en dieren blootgesteld aan kunstmatig licht in de nacht. Trekvogels op zee hebben hier last van. Ze worden aangetrokken door de verlichte boorplatforms. Soms met fatale afloop, zo blijkt uit onderzoek.
De aarde draait om de zon. Tegelijkertijd draait de aarde ook om haar eigen as. Hierdoor is er een dag- en nachtcyclus. Overdag wordt het aardoppervlak fel verlicht door de zon. De sterren, de maan en planeten zorgen voor de 'astronomische' verlichting gedurende de nacht. Licht is een van de meest bepalende omgevingsfactoren voor leven op land en in zee. Planten en dieren zijn geëvolueerd onder invloed van de natuurlijke cyclus van dag en nacht. Planten, zoals zeegras, algen en zeewier, zijn voor hun energievoorziening afhankelijk van licht (fotosynthese). Dieren gebruiken licht voor de regulatie van metabolisme, groei en gedrag.
Kunstmatig licht
Aan het einde van de negentiende eeuw is de gloeilamp uitgevonden. Het gebruik van lampen is sindsdien sterk gestegen. De nachten worden de laatste honderd jaar door de lampen kunstmatig verlicht. Deze verlichting is hoofdzakelijk geconcentreerd in de geïndustrialiseerde landen in Noord-Amerika, West-Europa en Azië (zie figuur 1). Op land is het licht afkomstig van steden, glastuinbouw, straatverlichting en moderne koeienstallen. De zeeën worden vooral verlicht door boorplatforms (lampen en affakkelen van gas), maar ook door schepen. De lichtverstoring van de donkere nacht wordt 'ecologische lichtvervuiling' genoemd. Internationaal wordt licht als verstorend gekwalificeerd als het licht sterker is dan het maanlicht tijdens het eerste kwartier. Deze norm wordt in tweederde van de dichtbevolkte gebieden overschreden. In Nederland is de Randstad flink verlicht, terwijl het relatief donker is in het zuidwesten en noorden van het land (figuur 2). Op de Noordzee zijn er hierdoor, en door de boorplatforms, ook lokale en regionale verschillen te zien in de aanwezigheid van licht.
Vogeltrek
De Noordzee is van belang voor 50 miljoen trekvogels (120 vogelsoorten) in Noordwest-Europa. Elke herfst en lente steken ze de Noordzee over tussen Scandinavië en Engeland of het Europese vasteland. Elk jaar verplaatsen de trekvogels zich tussen de noordelijke broedgebieden en de overwinteringsgebieden. Een deel verblijft gedurende de winter zelfs in Afrika. In de nacht oriënteren de trekvogels zich met behulp van het aardmagnetisch veld. Daarnaast maken ze gebruik van het licht van de sterren en de maan.
De Noordzee wordt tegenwoordig echter 's nachts verlicht door de aanwezige boorplatforms (zie figuur 3). In de zuidelijke Noordzee passeren trekvogels minimaal twee of drie boorplatforms op hun reis tijdens de migratie, maar vaak veel meer. De verlichting van de platforms heeft een negatief effect op vogels. De oriëntatie van de vogels wordt ernstig verstoord. De effecten worden versterkt tijdens bewolkte nachten, omdat de wolken het licht terugkaatsen. De nachtelijke trekvogels worden door de verlichting naar de boorplatforms gelokt. Zwermen trekvogels kunnen langdurig rond de verlichte platforms blijven cirkelen. De duur van het cirkelen loopt uiteen van een uur tot zelfs de hele nacht. Gevolgen zijn vertraging, sterfte door uitputting, predatie en botsingsgevaar. In geval van affakkelen kunnen vogels in de vlammen verbranden. Onderzoek heeft laten zien dat 72 van de 120 vogelsoorten door de verlichting naar platforms worden gelokt. Voor de helft van deze soorten is de kans groot dat bovengenoemde nadelige effecten optreden.
Hinderlijk licht op Noordzee
Wetenschappers die de hinder van de verlichte boorplatforms onderzochten, berekenden dat maximaal 6 miljoen van de 50 miljoen passerende trekvogels ernstig gehinderd worden en nadelige gevolgen ondervinden. De grootste aantallen lijsterachtigen (merels, kramsvogels, zanglijsters, koperwieken), spreeuwen en kepen cirkelden in het Engelse deel van de Noordzee rond platforms. Er werd zelfs een cirkelende groep van 100.000 koperwieken gezien. Een deel van de trekvogels haalt de overkant niet en sterft op zee. De precieze aantallen zijn niet beschikbaar omdat veel dode vogels in zee verdwijnen. Uit de tellingen van dode vogels op de platforms is wel duidelijk geworden dat sommige vogelsoorten zwaar worden getroffen. De meest kwetsbare soorten zijn vink, roerdomp, pijlstaart, steenloper, waterral, veldleeuwerik, keep, wintertaling en smient. Voor deze soorten komen worst-case-scenario's uit op een extra jaarlijkse sterfte door de boorplatforms van meer dan twintig procent.
Over twee weken wordt in WadWeten nader ingegaan op de invloed van licht op trekvogels.
De maand oktober is uitgeroepen tot maand van de nacht met op zaterdag 29 oktober de Nacht van de Nacht (zie voor meer info www.nachtvandenacht.nl).
Bron
Bruinzeel, L, J. van Belle, L. Davids & F. vd Laar 2009. The impact of conventional illumination of offshore platforms in the North Sea on migratory bird populations. Altenburg&Wymenga-rapport 1227. www.altwym.nl/uploads/file/358_1288624770.pdf'.
Bruinzeel, L & J. van Belle 2010. Additional research on the impact of conventional illumination of offshore platforms in the North Sea on migratory bird populations. Altenburg&Wymenga-rapport 1439.
Cinzano, P., F. Falchi & D. Elvidge 2001. The first world atlas of the artificial night sky brightness. Mon. Not. R. Astron. Soc. 328: 689-707.
Depledge, M., C. Godard-Codding & R. Bowen 2010. Light pollution in the sea. Marine Pollution Bulletin 60(9): 1383-1385.
Kyba, C., T. Ruhtz, J. Fischer & F. Hölker 2011. Cloud Coverage Acts as an Amplifier for Ecological Light Pollution in Urban Ecosystems. PLoS ONE 6(3): e17307. doi:10.1371/journal.pone.0017307.
Longcore, T. & C. Rich 2004. Ecological light pollution. Frontiers in Ecology and the Environment 2(4): 191-198.
Poot, H., B. Ens, H. de Vries, M. Donners, M. Wernand & J. Marquenie. 2008. Green light for nocturnally migrating birds.
Ecology and Society 13(2): 47. www.ecologyandsociety.org/vol13/iss2/art47/
RIVM 2011 Lichtemissiekaart Nederland 2006. www.rivm.nl
Santos, C., A. Miranda, J. Granadeiro, P. Lourenço, S. Saraiva & J. Palmeirim 2010. Effects of artificial illumination on the nocturnal foraging of waders. Acta Oecologica 36: 166-172.
Waddenzee 2011. Groen licht. Op www.waddenzee.nl.