’t Is een geheugensteuntje om de volgorde van de Waddeneilanden te onthouden: TVTAS. Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog. In de vroege Middeleeuwen waren er in de huidige kop van Noord-Holland nog twee eilanden die deel van de eilandenreeks uitmaakten: ’t Oogh en Huisduinen. Het achterliggende land zag er toen heel anders uit. Waar nu polders zijn, lagen kwelders, wadplaten en een paar kleine eilandjes.
Het Nederlandse kustgebied heeft een boeiende ontstaansgeschiedenis. Zo’n zesduizend jaar geleden vormden zich strandwallen (zie ook WadWeten: De vingerafdruk van de voorlaatste ijstijd). Deze strandwallen werden op diverse plaatsen onderbroken door geulenstelsels, maar niet gelijktijdig. Het Eierlandse Gat tussen Texel en Vlieland was er al aan het begin van onze jaartelling. Het Marsdiep ontstond pas veel later. Het huidige Texel bleef nog eeuwenlang een geheel met de vastelandskust. In een hoofdstuk van het recentelijk verschenen boek Duinen en mensen - Noordkop en Zwanenwater staat beschreven hoe dit deel van de kust zich onder invloed van weer, wind en mens verder ontwikkelde.