Optutten op de terp
Door: Tim van Oijen
Datum: 23 maart 2012
Je haren kammen met een door jezelf uit een hertengewei gemaakte kam. Vondsten uit de Wijnaldum-Tjitsma-terp in het Friese Westergo doen voorbije tijden herleven. De terp wordt al duizenden jaren bewoond. Door de jaren heen is er altijd aandacht geweest voor de persoonlijke verzorging.
Tot ruim vijf eeuwen geleden was in het waddengebied de grens tussen water en land nog lang niet zo hard als tegenwoordig. Waar zich nu weilanden en akkers achter de dijken van Noord-Nederland uitstrekken, lag een groot kweldergebied dat geleidelijk overging in het wad. De eerste bewoners maakten hier duizenden jaren geleden terpen en wierden om veilig te zijn bij hoogwater. Archeologen hebben op een aantal terpen opgravingen gedaan, waaronder de Wijnaldum-Tjitsma-terp.
Deze terp maakt onderdeel uit een rij van zeven terpen in noordelijk Westergo in de provincie Friesland. Door te zeven en te speuren met een metaaldetector vonden de wetenschappers begin jaren negentig honderden (delen van) gebruiksvoorwerpen en restanten van de bewerking ervan. In een recente publicatie is een overzicht gemaakt van deze vondsten, die dateren uit de tweede tot en met de negende eeuw na Christus. Opmerkelijk zijn de vondst van een fluit, delen van een schaakspel en een doosje. Deze en andere voorwerpen duiden erop dat er in de vroege Middeleeuwen op de terp vrij welgestelde mensen woonden. Maar de eenvoudigere voorwerpen zijn minstens zo interessant.
Kammen
Alleen al achter de kammen schuilt een complete wetenschap. De kammen zijn in het gebied in gebruik gekomen in de 5e of 6e eeuw n. Chr. De meeste aangetroffen (delen van) kammen waren uit hertengeweien vervaardigd. Dit betekent niet dat er in het noorden veel edelherten rondliepen. Er zijn namelijk maar weinig vondsten van botten uit het skelet. Daaruit leiden de archeologen af dat de meeste kammen werden geïmporteerd. Er is op de terp waarschijnlijk geen grootschalige productie van gebruiksvoorwerpen geweest. Dan zouden er veel meer resten van het vervaardigingsproces gevonden zijn.
De in de Wijnaldum-Tjitsma-terp gevonden kammen kunnen worden ingedeeld in een paar verschillende typen. Het eenvoudigste type is een zogeheten enkelzijdige kam. Bij deze kam is een rij van plaatjes waar tanden in zijn gezaagd tussen twee dekplaten bevestigd, waarvan er vaak één is gedecoreerd. Dit type is vaak aangetroffen bij opgravingen in het noorden. Bij een tweede type zijn de dekplaten veel rechter. Er zijn ook nog andere typen aangetroffen maar die waren veel zeldzamer.

Haarpinnen, ringen en amuletten
Naast de kammen vonden de archeologen diverse andere voorwerpen die met de uiterlijke verzorging te maken hebben, zoals haarpinnen en ringen. Een bijzonder geval zijn de amuletten. Die lijken gewoon een aardige versiering, maar vermoedelijk schreef men er magische, goddelijke krachten aan toe. De hier afgebeelde zogeheten Donar-amulet is gevonden in het graf van een jonge vrouw uit de periode 550-750 na Chr..
Afgelopen dinsdag hield Gilles de Langen, hoogleraar Archeologie van het Noord-Nederlandse terpen- en wierdenlandschap aan de Faculteit der Letteren van de Rijksuniversiteit Groningen, zijn oratie. Hij benadrukte de internationale betekenis van het terpenonderzoek gezien de verbondenheid met het UNESCO werelderfgoed Waddenzee. Dankzij het onderzoek krijgen we meer kennis over de historische bewoning van het waddengebied. Zoals van het optutten van weleer.
In Wijnaldum kun je een korte geschiedeniswandeling maken langs de terpen, kijk voor een routbeschrijving in het Waddenmagazine.
Bronnen
Prummel, W., H. Halici en A. Verbaas (2011). The bone and antler tools from the Wijnaldum-Tjitsma terp 1. Journal of Archaeology in the Low Countries 3-1 (November 2011).
Oratie Prof. Gilles de Langen. Vensters op Frisia. Over nut en noodzaak van het universitaire terpenonderzoek. (zie ook: het nieuwsbericht over de oratie)