Spring naar hoofd-inhoud Skip to page footer

Wat maakt het Eems-estuarium zo troebel?

Door: Cora de Leeuw
Datum: 21 januari 2021

WadWeten

Onder de noemer WadWeten publiceren de Waddenacademie en de Leeuwarder Courant iedere maand een artikel over recent onderzoek op en rond de Wadden. Wetenschapsjournalisten Tim van Oijen en Cora de Leeuw beschouwen verschillende kennisdisciplines, waaronder de biologie, geologie en cultuurhistorie. Deze WadWeten verscheen ook op de website van De Leeuwarder Courant.

In de laatste decennia zijn de rivier de Eems en het middendeel van het Eems-Dollard estuarium steeds troebeler geworden. Dat heeft grote gevolgen voor de flora en de fauna van het gebied. Er worden nu oplossingen gezocht voor het terugdringen van de troebelheid.

Aan de grens van het Nederlandse Waddengebied ligt een bijzonder gebied: het Eems-Dollard estuarium. Dit bestaat uit de rivier de Eems, die vanuit het Duitse Teutoburgerwoud al sinds de ijstijden richting het noorden stroomt en uitmondt in de Waddenzee.

Aan het eind van de Middeleeuwen is in het middendeel van het estuarium de Dollard ontstaan, doordat stormvloeden grote delen van het omliggende veengebied wegsloegen. Na de Middeleeuwen zijn een groot deel van de Dollard en alle oeverlanden van de Eems door bedijkingen ingepolderd. Hierbij werd slib ingevangen en landbouw bedreven op deze vruchtbare klei. Vanaf ongeveer 1900 ontwikkelde de scheepvaart zich op de Eems. Daarom werden de rivier en de havens verdiept, de bochten afgesneden, de oevers gekanaliseerd en het water getemd door dammen, stuwen en sluizen.

Troebel

Een estuarium is het overgangsgebied tussen een rivier en de zee. Hier mengen zoet en zout water zich en blijven zand en slib in beweging, door de continue en ook tegengestelde stromingen. Het water is er daarom van nature brak en troebel.

In de laatste decennia is de troebelheid van het middendeel van het Eems-Dollard estuarium echter verdubbeld. Dat komt omdat er geen sediment meer wordt onttrokken door winning, natuurlijke aanslibbing of landaanwinning.

De troebelheid van de Eems stroomopwaarts van de Dollard is nog veel sterker gestegen. Daar is de slibconcentratie aan het oppervlak wel 100 keer hoger dan in de Waddenzee en ook vlak bij de bodem is de concentratie vele malen hoger dan ooit daarvoor. Dat komt vooral omdat de rivier vanaf Papenburg naar zee sterk verdiept is voor de doorvoer van grote cruiseschepen. Hierdoor is de getijslag en het sedimenttransport toegenomen en de uitspoeling verminderd, waardoor er meer slib achterblijft in het estuarium.

Effecten

Onderzoek heeft uitgewezen dat deze verhoging van de troebelheid leidt tot een groot aantal dagen per jaar met zeer lage zuurstofconcentraties in de rivier de Eems. Dat is voor vissen zeer schadelijk. Ook bacteriën die het slib afbreken hebben zuurstof nodig en kunnen met weinig zuurstof hun werk minder goed doen, waardoor de troebelheid in stand blijft.

In het middendeel van het estuarium zorgt de troebelheid voor weinig doorzicht. Er is daardoor weinig licht voor algen om te groeien en dat leidt tot een lagere primaire productie aan de basis van het voedselweb. Hierdoor is er minder voedsel voor schelpdieren die van algen leven, zoals de strandgaper en kokkel. Er komen nu nog wel wat slib-tolerante bodemdieren voor, zoals borstelwormen, slakken en het wadkreeftje (Corophium volutator).

 

Oplossingen

Maatregelen om het ecologisch functioneren van de rivier de Eems te verbeteren zullen gericht moeten zijn op een afname van de vloeddominantie van het getij. Dit kan bijvoorbeeld door de stormvloedkering bij Gandersum deels te sluiten tijdens vloed of door gebieden langs de rivier te ontpolderen. Een verondieping van de vaargeul is om economische redenen niet bespreekbaar.

In het middendeel van het estuarium worden oplossingen gezocht in de vorm van slib-onttrekking of -verwijdering, omdat er geen uitgestrekte intergetijdengebieden meer zijn waarop het slib kan bezinken. Er worden proeven gedaan met binnendijkse slibinvang in Polder Breebaart en de Groote Polder, en buitendijks in de Dollard.

Ook wordt onderzocht of hergebruik van gewonnen slib mogelijk is, bijvoorbeeld bij het versterken van dijken, en of baggerslib uit havens wel teruggestort moet worden in zee. Al deze projecten worden gecoördineerd door het programma ED2050, dat nauw samenwerkt met het Duitse Masterplan Ems2050.