The use of remote sensing to reveal landscape-scale ecosystem engineering by shellfish reefs

Door: Sil Nieuwhof
Universiteit: Universiteit Twente
Datum: 19 april 2018

Mosselen (Mytilus edulis) en Japanse oesters (Crassostrea gigas) zijn tweekleppige schelpdieren die voorkomen in droogvallende kustgebieden met een gematigd klimaat. Normaliter vestigen deze schelpdieren zich op hard substraat zoals rotsen en dijkverstevigingen, maar bij gebrek hieraan kunnen ze ook banken vormen op zachte zandbodems. Levende en dode schelpen doen dan dienst als verankeringssubstraat. De schelpdierbanken kunnen dusdanig groot worden dat ze de directe omgeving op een aantal manieren sterk beïnvloeden. Eén van die invloeden is dat door de structuur van de banken stromingspatronen veranderen en golven worden gedempt. Verder filteren de schelpdieren het water, waardoor meer zonlicht de wadbodem kan bereiken. Bij de filtratie produceren ze (pseudo-) faeces die het omliggende wad verrijken met nutrienten en slib. De schelpdierbanken zelf fungeren als een belangrijk habitat voor allerlei dieren die daar beschutting zoeken tegen predatie en uitdroging tijdens eb. Soorten die een sterke invloed hebben op het functioneren van de lokale ecologie doordat ze de fysieke eigenschappen van de omgeving veranderen, worden biobouwers genoemd.

Mossel- en oesterbanken zijn ecologisch uiterst waardevolle systemen, maar staan desondanks in veel gebieden onder druk. In grote delen van Europa, ook in Nederland, is de oorspronkelijke platte oester bijna verdwenen, en breidt de nietinheemse Japanse oester zich sterk uit. Het is niet duidelijk wat de gevolgen zijn van de aanwezigheid van deze biobouwers voor het functioneren van de ecosystemen.

Recent werk heeft aangetoond dat de biobouwer-effecten invloed hebben op een ruimtelijke schaal die groter is dan de schelpdierbanken zelf. Het is belangrijk om goed te begrijpen hoe groot de rol is van biobouwende schelpdieren voor het functioneren van het ecosysteem en op welke ruimtelijke schaal en onder welke condities die effecten zich manifesteren. Dat maakt het uiteindelijk mogelijk om een inschatting te maken van de gevolgen voor het ecosysteem wanneer schelpdierbanken verdwijnen, of wanneer ze juist geïntroduceerd worden. In dit proefschrift worden remote sensing technieken gebruikt om de schelpdierbedden te karteren (Hoofdstuk 2) en om de ruimtelijke invloed van schelpdierbanken te kwantificeren (Hoofdstuk 4 en 5). Hoofdstuk 2 beschrijft hoe schelpdierbedden gekarteerd en gemonitord kunnen worden met behulp van radar satelliet remote sensing. Hoofdstuk 3 beschrijft waar mossel-, oester- en gemengde banken zich ruimtelijk manifesteren ten opzichte van de getijdegradiënt in de Nederlandse Waddenzee. In hoofdstukken 4 en 5 worden twee biobouwende effecten van de verschillende typen schelpdierbedden in ruimtelijke zin gekwantificeerd.

Download het proefschrift The use of remote sensing to reveal landscape-scale ecosystem engineering by shellfish reefs (pdf 16,3 Mb)