Spring naar hoofd-inhoud Skip to page footer

De verdwenen dunbekwulp: een voorbeeld van onze vergeetachtigheid

Door: Wouter Hoving
Datum: 9 januari 2025

Ooit van de dunbekwulp gehoord? Deze volgens onderzoekers recent uitgestorven vogel leefde eens op het wad. Dat maakt de dunbekwulp tot een goed voorbeeld van ‘natuuramnesie’: we zijn vergeten hoe rijk natuur ooit was.

Marc Argeloo schreef in 2022 zijn proefschrift Natuuramnesie. Dat deed hij op basis van zijn onderzoek in Indonesië, wetenschappelijke onderzoeken naar soorten en hun leefgebieden wereldwijd en talloze interviews met onderzoekers. Argeloo’s nieuwsgierigheid begon toen hij er als hobbyvisser achter kwam dat de grote baarzen die hij in Noord-Hollandse sloten ving in een paar jaar tijd kleiner waren geworden.

In de boekversie met de gelijknamige titel staat het ‘shifting-baseline-syndroom’ centraal. Dit is het verschijnsel waarbij de mens niet beseft hoe de overvloed aan plant- en dierensoorten uitdunt, doordat we een relatief kort geheugen hebben. De voorbeelden zijn eindeloos. Van de hamerhoenders in Indonesië tot de leeuwen die ooit nog in Europa leefden. Dieren worden minder talrijk, minder wijdverspreid en minder groot. Wat een visser nu als goede vangst beschouwt, had men in 1965 mager gevonden.

In een paar eeuwen - een flinterdunne fractie op de natuurhistorische tijdschaal - zijn honderden dieren uitgestorven. Maar wie kan er meer noemen dan alleen de dodo? Dat is volgens Argeloo hét voorbeeld van het ‘shifting-baseline-syndroom’. We zijn vergeten dat er soorten waren als het oerrund, de Tahitistrandloper, de Sardijnse pika of de Balearengeit.

Niet meer gezien

In dat illustere rijtje staat nu ook de dunbekwulp, een wadvogel bij uitstek. Numenius tenuirostris werd voor het laatst gezien op 23 februari 1995 in Marokko. Later is hij niet meer gezien, althans niet met onweerlegbare foto’s of claims. En dus concludeerden onderzoekers – 29 jaar nadat het laatste exemplaar was gezien – in het wetenschappelijke tijdschrift IBIS International Journal of Avian Science dat de steltloper met een zekerheid van 96 procent officieel is uitgestorven.

Dat kreeg uitgebreide media-aandacht. Toch zal het voor veel mensen niet als verlies voelen. De bruinige dunbekwulp was onbekend: in Nederland werd er voor het laatst een (dood) exemplaar gevonden in 1947, ten noorden van het Noord-Hollandse Wieringen. De Afsluitdijk was toen nog jong, het Waddengebied een stuk rijker.

Pikwulp

Over de vogel is weinig bekend: het broedgebied is nooit met zekerheid vastgesteld. Volgens vogelonderzoekers Theunis Piersma en Joop Jukema is deze steltloper – die veel lijkt op de gewone wulp – een redelijk ‘algemene’ wintergast geweest in het Waddengebied.

De dunbekwulp kreeg de volksnaam ‘pikwulp’ in Friesland en ‘gevlekte wulp’ in de kop van Noord-Holland. Dat het dier verdwenen is, komt door verdwijning van natuurlijk leefgebied en menselijk toedoen, weet Justin Jansen, die meeschreef aan het recente IBIS-artikel. ,,Er werd gejaagd voor de pot. Wulpen, eenden, ganzen werden verkocht op markten in Leeuwarden, maar ook in Purmerend tot in Londen aan toe.” Volgens Jansen laat de dunbekwulp goed zien dat we de natuur uit het verleden snel vergeten.

Daarom bespreekt Argeloo de dunbekwulp in zijn boek Natuuramnesie . De vogel illustreert hoe soorten sluipenderwijs verdwijnen uit ons collectief natuurhistorisch geheugen. Overigens: de dunbekwulp was ten tijde van die publicatie in 2022 ‘administratief’ nog niet uitgestorven. Dat zou slechts ‘een kwestie van tijd’ zijn, voorspelde de auteur terecht. Dat is nog steeds zo. De IUCN moet de uitsterving nog formeel maken, het recente artikel levert een bijdrage voor die statusbepaling door IUCN.

Waddengebied

Volgens Argeloo speelt het ‘shifting-baseline-syndroom’ in het gehele Waddengebied. Niemand herinnert zich meer hoe extreem rijk het gebied ooit was. Het was een moeras met overgangsgebieden van zoet naar zout water met lagunen en overstromingsvlakten. Op de Waddenzeebodem waren plaatselijk metershoge riffen met banken van mossels, oesters en kokerwormen.

Niet alleen de dunbekwulp kwam graag in dat zoutmoeras. Ook de inmiddels uit Nederland verdwenen kroeskoppelikanen, bijvoorbeeld. Er zwommen zelfs walvissen vlak langs de Noordzeekust. De Scheveningse vishandelaar Adriaen Coenen beschrijft in 1585 enorme aantallen trekkende walvissen, waarschijnlijk potvissen. En de grijze walvis kwam zo goed als zeker in de Waddenzee om te kalven. De slibrijke bodem was ideaal om op kreeftachtigen te jagen.

Confronterende conclusie

Argeloo doet een confronterende conclusie. Er zijn nog steeds veel diersoorten, sommige nemen zelfs toe. Maar dat betreft vooral algemene, meer opportunistische soorten. De natuur is zoals de winkelstraten: steeds meer eenheidsworst. De kleine hoedenzaak verdwijnt, de Albert Heijn en C&A blijven over. De dunbekwulp is pleite, de aalscholver en buizerd overleven.

We zien het amper, we ervaren het nauwelijks. Kinderen spelen weinig meer buiten. De vervreemding van de natuur is al decennia aan de gang. Argeloo doet dan ook een noodkreet: laat natuurhistorie een onderdeel worden in onze collectieve natuurkennis.

WadWeten

Onder de noemer WadWeten publiceren de Waddenacademie en de Leeuwarder Courant iedere maand een artikel over recent onderzoek op en rond de Wadden. Wetenschapsjournalisten Wouter Hoving en Rob van der Wal beschouwen verschillende kennisdisciplines, waaronder de biologie, geologie en cultuurhistorie. Deze WadWeten verscheen ook op de website van De Leeuwarder Courant.

Bronnen

Buchanan, G. M., B. Chapple, A.J. Berryman, N. Crockford, J.J.F.J. Jansen, A.L. Bond (2024). Global extinction of Slender-billed Curlew (Numenius tenuirostris). IBIS.

Argeloo, M (2022). Natuuramnesie. Hoe we vergeten zijn hoe de natuur er vroeger uitzag. Atlas Contact.